“Aanvankelijk deden we enkel depannages voor onze eigen klanten maar intussen hebben we de dienst uitgebreid”, zegt David Cornelis. David is de zoon van Ingrid De Plecker die samen met haar broer Tom instaat voor de dagelijkse leiding van Autovil Londerzeel. Het was de familie De Plecker – Pauwels die in 1963 startte met een garage voor auto’s en vrachtwagens. De personenwagens zijn er intussen niet meer maar de vrachtwagens zijn gebleven. Intussen zijn er drie generaties actief in het bedrijf.
Naast de verkoop van vrachtwagens, onderdelen, onderhoud en herstellingen van vrachtwagens en trailers heeft Autovil ook een eigen depannagedienst. “We begonnen er mee om gestrande voertuigen van klanten naar ons eigen atelier te slepen om ze in betere omstandigheden te kunnen herstellen. We doen trouwens uitsluitend depannages van vrachtwagens. Gewone auto’s of bestelwagens slepen we niet”, zegt David. Om die zware voertuigen te takelen heb je stevig materieel nodig. Dat vond Autovil in de Volvo FH 540 8x4 uitgerust met de Rotator 1150 van Jige die tot 45 ton kan tillen. Uitgeschoven tot 10 meter kan de takel nog steeds een gewicht van 11 ton aan. Het voertuig heeft daarbovenop ook nog eens drie winchen van 22,5 ton. De plaatsing van de kraan gebeurde in de fabriek van Jige in Frankrijk. De aluminium bekisting rond de kraan werd uitgevoerd door JDL Works (Jonas De Lombaert) uit Londerzeel. Dat gebeurde in nauwe samenwerking met Autovil. David (Autovil) werkte daarvoor samen met Jonas (JDL). “We werkten na de normale uren van de werkplaats en ook in het weekend. We begonnen - zonder tekeningen - van een vlakke aluminium plaat”, vertelt David.
Om de zware voertuigen te slepen is de Volvo FH uitgerust met twee voorassen die elk 9 ton aankunnen en twee achterassen met een draagvermogen van elk 13 ton. De vrachtwagen is uitgerust met de 13-liter motor en de geautomatiseerde I-Shift-versnellingsbak. “Daarmee kan je perfect manoeuvreren als je een gestrand voertuig moet trekken”, zegt David. “Vroeger had je daar een manuele bak voor nodig.” Het bedrijf doet sleepdiensten in de hele Benelux en soms ook daarbuiten. “Maar we houden het altijd bij dagverplaatsingen”, zegt David. “Tenslotte moet het werk in de garage ook verder gaan. Of we een verre verplaatsing doen of niet hangt af van hoe druk het is in de garage. Voor de meeste depannages zijn we een uur tot anderhalf uur onderweg voor we bij het gestrande voertuig zijn.”
Snel takelen is belangrijk
De Volvo FH 540 rukt uit bij ongelukken of bij technische interventies. “De takeling moet zo snel mogelijk gebeuren”, vertelt David. “Uiteraard om de weg vrij te maken maar ook zodat de klant – indien mogelijk – zijn werk kan voortzetten. Zo zijn er nog al eens kop-staartbotsingen of vrachtwagens die op een smalle weg in een gracht sukkelen. Dan is het niet vanzelfsprekend om de steunpoten te plaatsen.” Het slepen gebeurt met een lepel die met U-pennen op de voor- of de achteras wordt geplaatst. “Het voordeel van het optillen van de achteras is dat je de aandrijfas niet moet losmaken”, zegt David. “Maar elke depannage is uniek. Het is telkens kijken en uitzoeken wat de beste oplossing is.” “Als service voor de klant zijn wij 7/7 en 24/24 bereikbaar. Wij takelen ook vrachtwagens in opdracht van de wegpolitie. Daarom is ’s avonds en in het weekend paraat staan - ook in de werkplaats - een must”, zegt David Cornelis tot slot.
AUTOVIL IN HET KORT
• 200 tot 250 depannages per jaar
• 3 takelwagens
• 1 dieplader met trekker om te depanneren
• 5 trekkers als vervangvoertuig
• 1 verreiker
• 1 signalisatiewagen
• 3 bestelwagens om te depanneren